Hoe kunnen ouderen langer zelfstandig thuis wonen? Een brandende vraag die de gemeente Rotterdam vier jaar geleden neerlegt bij Veldacademie, een onderzoeksplaats waar studenten van verschillende disciplines zich bezighouden met stedelijke vraagstukken. Hun harde werk mondt uit in een geheel nieuwe onderzoeksmethode, gebaseerd op het verschil tussen hoe mensen zich dénken te gedragen en hoe ze zich daadwerkelijk gedragen.

Eenzaamheid voorkomen

Om als oudere langer alleen thuis te kunnen wonen is sociaal contact essentieel. Maar hoe vergroot je de kans dat eenzame buren genoeg mensen ontmoeten? 'Dan moet je goed weten hoe de wijk in elkaar steekt', aldus Otto Trienekens van Veldacademie. 'We lieten een groep van 50 senioren hun gedrag beschrijven tijdens een interview. We stelden hen vragen over wat ze op een dag doen, welke motivatie daarachter zit en welke route ze nemen. Daarnaast brachten we hun werkelijke gedrag in kaart met een gps-tracker die ze bij zich droegen.' Wat bleek? Het echte gedrag week vaak sterk af van de eigen beschrijving van het gedrag in het interview. De gps-tracker liet bijvoorbeeld zien dat veel ouderen een grote omweg maken op weg naar een afspraak, of dat ze meerdere keren per dag naar de supermarkt gaan. Met de informatie over hun werkelijke 'dagpad' gingen studenten en medewerkers van Veldacademie vervolgens weer terug naar de groep. 'Toen bleek dat de behoefte aan ontmoetingen groot is, maar dat ouderen zich ongemakkelijk voelen om voor dat doel alleen naar buiten te gaan', aldus Trienekens. 'Er moet een ander doel zijn, zoals de hond uitlaten, of bestemming, zoals de kapper of supermarkt, om de mensen de straat op te krijgen.'

De inzichten uit het onderzoek zijn van groot belang voor de gemeente Rotterdam. Immers, vraagt de Veldacademie, hoe effectief zijn parkjes en groenvoorzieningen voor het stimuleren van ontmoeting als deze niet op de route van een bestemming ligt, of er niet zelf een bestemming in de groenvoorziening is?'

Big data voor kleine buurten

Dit innovatieve project laat mooi zien wat de mogelijkheden zijn van big data voor het verbeteren van het leven op buurtniveau. Trienekens: 'Grote datasets zeggen pas iets over het gedrag van inwoners als deze gekoppeld worden aan lokale kennis. Onze methode maakt het mogelijk om deze grote datasets op detailniveau, in buurten, te interpreteren. Met die kennis kunnen we de directe leefomgeving van stadsbewoners verbeteren.'

Burgers betrekken bij big data

Hoe kan data de levenskwaliteit van bewoners positief beïnvloeden? Dit is een vraag die Veldacademie zichzelf constant stelt. Het produceren van gedragsdata is volgens Otto Trienekens alleen waardevol als het daadwerkelijk iets positiefs oplevert voor de mensen zelf. Zij moeten dit zelf kunnen inzetten voor hun sociale netwerk of hun eigen veiligheid. De maatschappij heeft hier nog een grote slag te slaan, vindt hij. 'Als we alleen een big brother worden, dan slaan we de plank mis.'

In het kort

Behoefte

Zelfredzaamheid van inwoners gemeente Rotterdam vergroten.

Data interventie

Diepte-interviews met ouderen over de perceptie van hun gedrag combineren met gedragsdata die de ouderen zelf verzamelden middels een gps-tracker.

Toegevoegde waarde

Interpretatie van big data op buurtniveau voor verbeteren van leefomgeving en zelfredzaamheid van burgers.

Partners

Gemeente Rotterdam, TU Delft

Doorlooptijd

Doorlopend

Contactpersoon

Otto Trienekens, Veldacademie: otto@veldacademie.nl