Voorschoten is een Hollands dorp als zovele, met uitdagingen die voor veel gemeenten herkenbaar zijn. Een daarvan: een leefbaar en levendig centrum behouden. Dat kan alleen als gemeente en ondernemers daar samen aan werken. Voorschoten zet daar de Ondernemerspeiling van VNG Realisatie voor in.

Door: Quita Hendrison

Een gezellig stadscentrum vol winkelend publiek. Dat lijkt vanzelfsprekend, maar wie geregeld door het land reist, weet beter. Leegstand - of dat nu de schuld is van het internet, van toenemende individualisering of van oprukkende ketens en megawinkelcentra - treft gemeenten in het hart. Voorschoten, tussen Den Haag en Leiden en met Leidsenhage, de toekomstige grootste shopping mall van Nederland om de hoek, voert een actief beleid om dat te voorkomen. "In het centrum moet iedereen zich thuis voelen", zo verwoordt Wouter Minkhorst, beleidsadviseur Economische Zaken, de ambitie van de gemeente. "Kwaliteit van de inrichting en infrastructuur moet sociale cohesie bevorderen. Wij zijn verantwoordelijk voor de openbare ruimte, maar we hebben daar de ondernemers bij nodig. Dit jaar hebben we daarom voor het eerst de Ondernemerspeiling uitgevoerd; noem het een nulmeting. Door te peilen hoe ondernemers ons beleid en onze dienstverlening ervaren, kunnen we de koers beter aan laten sluiten op de ondernemersbehoeften. Waarbij het vooral om samenwerken gaat. En samen aan de lat staan houdt in dat er contact over en weer moet zijn. Dat blijkt ook overduidelijk uit de Ondernemerspeiling. Ondernemers willen dat we toegankelijk en benaderbaar zijn. Een deel heeft aangegeven behoefte te hebben aan een vaste contactpersoon. Wij hadden het hier al zo georganiseerd dat er drie bedrijfscontactfunctionarissen zijn, maar zij bleken lastig te vinden: slechts 27 procent van de ondernemers in Voorschoten was bekend met het feit dat er bedrijfscontactfunctionarissen zijn. Een belangrijke verandering die we naar aanleiding van de peiling hebben doorgevoerd is proactief accountmanagement. Oftewel: we gaan nu bij de ondernemers langs om de vragen op te halen, trends te proeven en dat eventueel mee te nemen in beleid. Proactief in plaats van reactief." Burgemeester Pauline Bouvy-Koene: "Door de ondernemerspeiling van 'Waar staat je gemeente' is inzichtelijk geworden waar de behoefte van de ondernemers ligt en waar we als gemeente in kunnen ontwikkelen om de dienstverlening naar een hoger niveau te brengen. Een waardevolle methode om inzicht in de verbeteropgave te krijgen."

Spagaat

Bas te Riele is filiaalmanager van de Voorschotense HEMA en een positief kritische ondernemer. "Onze HEMA is een dorpswinkel, een plek waar mensen elkaar ontmoeten. Ons personeel is ons visitekaartje. Allemaal mensen van hier, meerdere van hen via de participatiewet. Samen met de gemeente kijken we wie we kunnen helpen. Maar we hebben de gemeente ook nodig om de bedreigingen van het centrum te weerstaan. Dat is soms best een lastig spel: we willen hetzelfde, maar hebben niet altijd dezelfde belangen. En in een dorp als Voorschoten – ruim 25.000 inwoners – ken je elkaar al snel van het sportveld of het schoolplein; dan valt het niet altijd mee om kritisch tegen elkaar te zijn. Daar komt bij dat ondernemers vaak meer van de korte termijn zijn. Neem de overname van HEMA, daar moeten we direct op reageren; we worden immers afgerekend op omzet. De gemeente heeft 'van nature' meer tijd nodig en wordt op andere criteria afgerekend. We hebben elkaar nodig maar af en toe botsen de belangen."

Dat is soms een ingewikkelde spagaat, ziet ook Minkhorst. "De afstand tot de overheid is groot, geven ondernemers aan. Misschien is dat meer een imagokwestie, maar hoe dan ook moeten we zichtbaarder zijn. Tegelijkertijd zijn wij wel degene die de wetgeving bewaakt en erop toeziet dat regels worden nageleefd. De consequentie van regels is dat de grenzen worden opgezocht. Door de veranderende rol van de gemeente kunnen we daar steeds beter mee uit de voeten. Mede door de invoering van de Omgevingswet worden we van een controlerende instantie steeds meer een faciliterende partner. We formuleren een visie voor de leefomgeving, gevoed vanuit de basis: de samenleving, waaronder de ondernemers. De grote winst van de Ondernemerspeiling is dat we nu weten van elkaar dat er behoefte is aan meedenkend contact. Over en weer. Dat we bij elkaar de vragen ophalen en samen proberen antwoorden te vinden. Waarbij 'nee' ook een antwoord is. Ondernemers zijn daar niet altijd blij mee, maar als je het uitlegt, is er begrip. En voor ons zijn alle vragen signalen waar we wellicht niet nu, maar in de toekomst wat mee kunnen."

Burgemeester Bouvy-Koene: "Frequent contact tussen de gemeente en ondernemers is van belang om vroegtijdig te kunnen inspelen op trends en ontwikkelingen in de markt. Door proactief contact op te zoeken wordt de afstand tussen de gemeente en de ondernemers kleiner en komt de gemeente meer centraal in de samenleving te staan "

Vertaalslag

Actieve ondernemers als Te Riele weten de gemeente wel goed te vinden, al dan niet via de winkeliersvereniging waarvan hij voorzitter is, maar hij weet van zijn achterban dat dit niet voor iedereen geldt. "In de peiling wordt ook gevraagd naar digitale dienstverlening en dat begint met de gemeentelijke website. Die is niet overzichtelijk als je het mij vraagt. Veel te veel content voor de ondernemer die gewoon antwoord wil op zijn vraag." Minkhorst kan dat niet ontkennen: "De digitale bereikbaarheid moet beter, blijkt uit de peiling. We hebben veel digitale producten, maar die worden niet altijd eenvoudig gevonden. Dat komt ook wel door de structuur van de digitale dienstverlening; veel moet via het Omgevingsloket. Ik verwacht wel dat het met het dominanter worden van eHerkenning beter zal gaan." "Dat denk ik ook", beaamt Te Riele, "maar laten we vooral het belang van persoonlijk contact niet uit het oog verliezen. De overheid stikt van het jargon en de afkortingen. Vaak onbegrijpelijk, ik ben bezig met worst verkopen, niet met overheidstaal."

"Waar", zegt Minkhorst, "zo ken ik het voorbeeld van een ondernemer die een uitgebreide beschikking kreeg op een vergunningaanvraag, maar werkelijk niet wist of het nu een ja of een nee was. Ook daar zien we een rol voor onze bedrijfscontactfunctionarissen. Zij zijn bij uitstek degenen die de vertaalslag van gemeente naar ondernemer maken, de vraag achter de vraag achterhalen. Daarom moeten zij zowel kennis van de buitenwereld hebben als van de wereld binnen het gemeentehuis. Het ideaal is dat de bedrijfscontactfunctionaris met een team van de juiste gemeentelijke specialisten meedenkt in mogelijkheden waarmee de ondernemers worden gefaciliteerd. En daarmee de hele gemeenschap. Ondernemers, gemeente én inwoners. Uiteindelijk willen we allemaal hetzelfde voor ons centrum." "Ook als niet-geboren Voorschotenaar, vertelt Te Riele,  kan ik zeggen, dat we hier heel trots zijn op ons dorp. Kneuterig zeggen sommigen; ik noem het echt en thuis. Dat willen we behouden en daar moet de gemeente de voorwaarden voor scheppen. Natuurlijk vanuit haar specifieke belangen, maar samen met ondernemers en inwoners voor het gemeenschappelijke belang."

Hoe ervaren ondernemers het gemeentebeleid en de dienstverlening in de gemeente? De Ondernemerspeiling is een standaardvragenlijst voor ondernemers. Desgewenst kan de lijst worden aangevuld met specifieke, lokale vragen. De antwoorden geven inzicht in de ondernemerservaringen en bieden handvatten bij het ontwikkelen van beleid.

De peiling spitst zich toe op vijf onderwerpen: (digitale) dienstverlening, lokale regel- en lastendruk, de relatie ondernemer – gemeente, economisch beleid en vestigingsklimaat. Alle resultaten zijn per gemeente terug te vinden op waarstaatjegemeente.nl. Die geven inzicht in hoe gemeenten ervoor staan en waar iets te leren valt.